Racekalender Autosportnieuws YouTube Rob Gilhuis SR-Racing Team Home Autosportnieuws 7 Zon of regen Na twee races onder tropische omstandigheden was het maar de vraag of het donderdag 30 augustus bij de DRDO-race droog zou blijven. Donkere wolken pakten zich samen boven het circuit en tijdens de technische keuring vielen de eerste druppels al. Dit keer geen opmerking over de metalen banden van de brandblusser. De remlichten (!) deden het en Jan had de accu goed vast gezet. De ‘oranje 66’ was goedgekeurd. Wijzigingen Aangezien het eind augustus al vroeger donker wordt en vanwege de dreigende wolken, besloot de organisatie het programma iets aan te passen. De tijdtraining, de pauze tussen de training en de eerste race èn de tijd tussen de eerste en de tweede race werden iets ingekort. Volgens het nieuwe schema zouden we nu niet om 21:30 uur maar rond 21:00 uur klaar moeten zijn … Debutant Behalve Gerard was dit keer was ook Nico van de partij. Hij wilde zich wel eens meten met de andere deelnemers in de ‘Specials’ klasse. Tijdens de verplichte rijdersbriefing vertelde de organisatie dat deze keer voor de tweede race ook de startvolgorde bij de ‘specials’ zou worden omgekeerd. Daar lag, net als bij de DNRT, mijn kans voor een ‘pole position’.Het starten zou met de nationale driekleur gebeuren, want de startlichten waren om onduidelijke redenen na de DTM- race weggehaald. Er werd verondersteld dat het iets met de Historic Grand Prix op Zandvoort te maken had, maar daar zet ik zo mijn vraagtekens bij. Misschien dat er in de tijd van Fangio met een vlag werd gestart, maar volgens mij startten James Hunt, Niki Lauda en Rene Arnoux toch ook gewoon met rode lampen boven de baan. Vrij baan Een motorhandelaar had voor zijn klanten een dagje circuitrijden georganiseerd en toen dat afgelopen was, hadden de 24 deelnemers vrij baan om de juiste afstelling te vinden voor of een droge of een natte race. Ik reed mijn snelste tijd al in de tweede ronde van de tijdtraining, een 2:15:738. en was daarmee 10e van de elf deelnemers in de ‘Specials’ klasse. Onzichtbaar Vanaf mijn startpositie was de vlag onzichtbaar en dus keek ik naar de rijders voor me. Een valse start zat er op deze manier niet voor me in, want ik was altijd een fractie later. Van die fractie profiteerde de Chevrolet achter me om me voorbij te gaan. Ik maakte me niet ongerust want de andere keren was ik diezelfde Chevrolet steeds gemakkelijk voorbij gegaan en voor gebleven. In de tweede ronde zat ik er al vlak achter en aan het eind van het rechte stuk, voor de Tarzanbocht, besloot ik een eerste uitremactie te wagen. De Chevrolet wilde zich deze keer niet zo gemakkelijk gewonnen geven en sloot het gat aan de binnenkant. Irritatie maakte zich van mij meester. Dit was weer zo’n deelnemer die met een langzamere auto ten koste van alles met iedereen wilde racen en daardoor de races van anderen verruïneerden door ze op te houden. Tot overmaat van ramp begon het ook nog eens te druppelen … Titels Voor iedere paragraaf in Autosportnieuws probeer ik een pakkende titel te bedenken. Die titel moet de interesse van de lezer opwekken en de strekking van de tekst  enigszins dekken. Het valt niet altijd mee een pakkende titel te verzinnen zonder in herhalingen te vallen. Voor de paragraaf hierna was die titel niet zo’n probleem. Keuze zat. Wat te denken van “Jos Verstappen” of “Hoog & Droog”. “Op de grens en er overheen” geeft de strekking ook aardig weer, maar is wat lang. Dus het werd uiteindelijk … (Ge)strand Als die Chevrolet me geen ruimte wilde geven en me niet voorbij wilde laten dan moest het maar iets meer op het randje. Een ronde later zat ik er weer achter en ik bereidde me voor op een nieuwe uitremactie voor de Tarzanbocht. Ik liet me meezuigen in de slipstream. Daar was het 200 m. bord, het 150 m. bord. Het asfalt glinsterde van de regendruppels. Het 100 m. bord schoot voorbij. Tegelijk trapten we op de rem. Ik hoorde piepende banden. Mijn voorwielen blokkeerden op het gladde asfalt en ik gleed naar de achterkant van de Chevrolet toe. In mijn hoofd was ik meer bezig de Chevrolet te ontwijken dan de bocht te halen. Ik stuurde wat naar links maar met geblokkeerde wielen kun je niet sturen, dus ging ik nog steeds rechtuit, riching de achterkant van de Chevrolet. Op wonderbaarlijke wijze haalde de Chevrolet voor mij de bocht net. Ik niet. Voor mij hield het asfalt achter de witte lijn op en begon de grintbak. Missie één, niet in de kofferbak eindigen, was gelukt, maar nu begon deel twee; hoe kom ik uit de grintbak. Ik meende dat ik eens van Olav Mol gehoord had dat je niet moet proberen via het grint terug de baan op te sturen, omdat sturen in het grint niet gaat., maar dat bij een grintbak de strook bij de bandenstapels is aangereden, zodat je er gemakkelijk uit kan rijden. Je moet dus gewoon naar het einde van de grintbak rijden en dan kom je er zo weer uit. Mogelijk geldt dat als je er met een F1-auto met 300 km/u inrijdt, met een min of meer standaard B18 en 180 km/u op de klok is dat toch een ander verhaal. Ik schakelde terug naar zijn twee, bleef gedoseerd gas geven en reed omhoog richting bandenstapel aan het eind van de grintbak. Het grint ging over in zand, dat alleen niet aangereden was maar lekker los was gewoeld om zoveel mogelijk vaart uit de auto te halen zodat die de bandenstapel niet zou raken. Daar stond de ‘oranje 66’ hoog in de grintbak bij de Tarzanbocht. Ik stapte uit in afwachting van de dingen die zouden komen. 4 x 4 Mijn actie was goed voor een gele vlag aan het eind van het rechte stuk. Daar kwamen Nico en Gerard. Zouden ze me zien staan? Daar de Chevrolet. In ieder geval had ik nu een ronde achterstand. De 4 x 4 meldde zich met een sleepkabel. “We trekken je achterwaarts uit de grintbak tot bovenaan de Tarzanbocht. Daar moet je gelijk op je rem trappen anders rol je door het hoogteverschil met kabel en al zo naar beneden.” De sleepkabel werd vakkundig aan het sleepoog aan de achterzijde vastgemaakt en de Nissan trok uit alle macht. Langzaam kwam de ‘oranje 66’ in beweging en volgde de eerdere route in de grintbak, alleen nu in de tegenovergestelde richting. Buiten de ideale lijn schudde ik het grint uit de wielkasten en zette koers naar de pit voor een visuele controle door Jan. Het was nog te vroeg voor de verplichte pitstop. Ik zou nog een keer moeten stoppen. Van een goed resultaat kon geen sprake meer zijn. Damage Control Jan zag geen beschadigingen of kiezels tussen de remmen en ik kon mijn weg vervolgen. Ik maakte mijn pitstop en werd als laatste in mijn klasse, als 11e  afgevlagd. Dat ik het voorval met de grintbak snel vergeten was, bleek wel uit mijn rondetijd. Na mijn pitstop reed ik in ronde 16 nog een 2:13:725, direct gevolgd door een 2:13:767. Intussen werd het donkerder en donkerder en in de verte was de bliksem boven Bloemendaal te zien. Verlichting De rijders en engineers werd nauwelijks rust gegund tussen race één en race twee. Van de ‘reversed grid’ kwam onder deze omstandigheden niets terecht. Er was te weinig tijd om iedereen op de goede plaats te zetten. Gauw een jerrycan brandstof erbij voor race twee. Dat was het. Iedereen werd verzocht de lampen aan te doen voor de zichtbaarheid. Lampen? Welke lampen? De schakelaars en de bedrading naar de achterverlichting zijn, tijdens mijn zoektocht naar overtollige kilo’s al enige tijd geleden deskundig verwijderd en de koplampen had ik in een doos met onderdelen erbij gekregen toen ik de auto zo’n vijftien jaar geleden kocht. Afleiding Het ontbreken van enige vorm van verlichting bij de ‘oranje 66’ was geen reden om niet aan race twee deel te mogen nemen. In de schemering was de baan nog wel te zien, alleen gaf de nationale driekleur weinig licht. Voor deze gelegenheid had de organisatie best een fluorescerend exemplaar voor de start van de tweede race mee kunnen nemen. Het begon nu serieus te regenen en het werd steeds donkerder. Een paar keer dacht ik dat de fotografen langs de baan flitsfoto’s maakten, maar dat bleek het naderende onweer te zijn. Het werd steeds moeilijker het asfalt te onderscheiden en mijn rondetijden schoten omhoog, van 2:21 aan het begin van de race naar 2:46 een paar ronden later. Het herkennen van de rempunten in het donker was voor mij een nieuwe ervaring en bleek in de praktijk erg lastig. De wedstrijd was iets meer dan twintig minuten oud, het pit window was open, en ik maakte mijn verplichte pitstop. Terwijl ik in de pit stond, werd code rood gegeven. De marshalls in de baanpost bovenaan het Scheivlak wilden niet als bliksemafleider fungeren. Gedwongen door de omstandigheden besloot de organisatie de tweede race te stoppen. Zo kwam er een onverwacht eind aan deze toch wel memorabele racedag. In de tweede race werd ik uiteindelijk als 10e geklasseerd. Op basis waarvan is me niet geheel duidelijk, want de ene rijder had z’n pitstop al gemaakt terwijl de andere rijder op de baan werd afgevlagd. Volgende keer Het raceseizoen 2012 nadert z’n einde. Er staan nog twee races op het programma. Natuurlijk de finalerace bij de DNRT op zaterdag 20 oktober, maar ik heb intussen ook besloten de finalerace bij de DRDO op dinsdag 9 oktober te rijden. Op dit moment is Jan bezig met het inbouwen van een set koplampen, want, hoewel de organisatie voor baanverlichting zorgt, is verlichting een vereiste voor deelname aan die avondrace. Racen bij kunstlicht in het donker zoals de F1 in Singapore. Ik ben heel benieuwd naar die ervaring. Een voorproefje heb ik al gehad al hoop ik niet weer in de grintbak terecht te komen. Beide races zal ik het zonder mijn vaste race-engineer Jan moeten doen, want hij gaat begin oktober onder het mes. Ik wens hem veel sterkte en een spoedig herstel toe! DJ228 Naar aanleiding van het uitstapje in de grintbak, maar vooral omdat ik me daardoor niet uit het veld heb laten slaan en gewoon door ben blijven rijden - zelfs harder - heeft DJ228 naar een toepasselijke hittip gezocht (en gevonden); Andy Grammer met “Keep your Head up”. Blijf optimistisch, ook na tegenslag, want … na regen komt zonneschijn!!!